OPTIWEL-EMIS

DOORMETEN VAN ACTUELE WELZIJNSTRENDS IN FUNCTIE VAN STIKSTOFUITSTOOT BIJ VLEESKUIKENS

Korte inhoud

Stikstofemissie en dierenwelzijn zijn twee actuele thema’s in de vleeskuikenhouderij. Het verlagen van de bezettingsdichtheid en het houden van trager groeiende vleeskuikenrassen worden naar voor geschoven als maatregelen die het dierenwelzijn verbeteren. Maar in welke mate zijn deze maatregelen verenigbaar met de realisatie van een emissiereductie in de praktijk? En wat zijn de gevolgen op andere aspecten van de bedrijfsvoering? Om een antwoord te bieden op deze vragen startten het Proefbedrijf Pluimveehouderij, ILVO, Landsbond Pluimvee en Boerenbond in januari 2023 met het demonstratieproject ‘OptiWel-Emis’.

Met proeven op het ILVO en het Proefbedrijf Pluimveehouderij werden verschillende parameters onder de loep genomen in vergelijkende studies. Op kleine en grote schaal werd een vergelijking gemaakt tussen verschillende rassen en bezettingsdichtheden. Tijdens deze proeven werden verschillende parameters opgevolgd zoals dierenwelzijn, ammoniakuitstoot, productie, vleeskwaliteit en rendabiliteit. Op basis van deze experimenten werd er een effectenmatrix opgesteld .

Naast onderzoek wouden we in dit project de volledige vleeskuiken-keten bereiken. Dit deden we aan de hand van overlegmomenten met pluimveehouders, stakeholders en retail. Tijdens deze momenten werd input gegeven in de proefopzet en konden de resultaten besproken worden.

Resultaten

Wanneer je in de pluimveesector trager groeiende vleeskuikens (als dierenwelzijnsverbetering) houdt en je geeft voeder met verlaagde gehaltes energie en eiwit, dan zijn er geen nefaste effecten op prestaties, welzijn en gezondheid. Dat is een positief resultaat (voor het dierenwelzijn). Echter, zowel een verandering in de bezettingsgraad (30 kg vs 42kg/m²) als een verandering van ras (trager versus conventionele vleeskuikens) resulteert in een significante toename van ammoniakemissies. Dat is negatief voor het leefmilieu.

Het blijft moeilijk om een optimum te vinden dat voor alle gunstige effecten heeft. Optimaler scoren voor één eis levert verslechtering voor een andere. In elk geval is de effectenmatrix voortaan een tool voor pluimveehouders en bedrijfsadviseurs om geïntegreerde en kennisgebaseerde managementskeuzes te maken. Zo kan de bedrijfsleider meer onderbouwd en strategisch juister kiezen voor bepaalde stalmaatregelen of genetische kenmerken van de dieren.